Nationaal Park De Groote Peel is het kleinste nationale park van Nederland. Het hoogveengebied, met moeras, bos, heide en waterplassen, ligt op de grens van de provincies Noord-Brabant en Limburg. Vroeger werd er turf gewonnen in het gebied en de sporen daarvan zijn nog zichtbaar in het landschap. De Groote Peel is een erkend ‘wetland’ en een belangrijke broedplaats voor water- en trekvogels. Omdat de bodem op sommige plekken nogal drassig is, zijn ‘knuppelbruggen’ aangelegd zodat je droge voeten houdt als je gaat wandelen in De Groote Peel.
Begin december gingen mijn man en ik een nachtje weg, naar Roermond. Op weg ernaartoe maakten we een tussenstop bij Nationaal Park De Groote Peel, voor een wandeling. We parkeerden onze auto bij Buitencentrum De Pelen van Staatsbosbeheer, in Ospel. Bij het Buitencentrum horen een informatiecentrum, een winkel en een café, maar die laatste was nu vanwege de coronamaatregelen alleen geopend voor hapjes en drankjes ’to go’. Het Buitencentrum is ook het startpunt van verschillende wandelroutes in het nationale park. Omwille van de tijd kozen wij voor de vrij korte rode route – de Knuppelbrugroute – van iets meer dan 3 kilometer. De wandelroutes starten tegenover het Buitencentrum, aan de overkant van de weg.
Vogels spotten bij de Meerbaansblaak
Aan het begin van de route passeer je De Peelboerderij, een lunchcafé dat nu gesloten was. In de zomer kun je er heerlijk buiten zitten op het terras. Een klein stukje verder ligt de Meerbaansblaak, een grote waterplas waar veel watervogels zitten. Vanaf een grote steiger heb je een mooi uitzicht over het water en de watervogels (als ze er zijn). Er komen bijzondere vogelsoorten voor, zoals de rietgans en de klapekster. Sinds een paar jaar bezoeken ook kraanvogels De Peel, in oktober en november. Om die reden is het natuurgebied in die periode beperkt toegankelijk.
Vogelkijkhut en kunst in de natuur
Het eerste deel van de route gaat om de Meerbaansblaak heen. Door de begroeiing langs de waterkant kun je het water niet continu zien. We namen een kijkje bij een vogelkijkhut, waarin ook wat informatieposters hangen over de vogelsoorten die voorkomen in het gebied.
Een stukje verder staat rechts naast het pad een klein uitkijkplatform. Het platform geeft aan hoe hoog het veen was voordat het werd afgegraven voor turfwinning. Vanaf het platform kijk je uit op een kunstwerk van Dirk Verberne. Je ziet een verticale rij dunne berkenstammen die langzaam om lijken te vallen. Toelichting van de kunstenaar (ik heb het even opgezocht op Facebook): “De verticale stammen van het bos moeten langzaam wijken en uiteindelijk opgaan in de horizontale lagen van het hoogveenpakket”. Dus.
Plaggenhut en nieuwe uitkijktoren
We volgden de route naar links, voorbij het water, en passeerden een plaggenhut. Deze hut is een paar jaar geleden gebouwd om te laten zien hoe de turfstekers vroeger leefden. Het zag er van binnen niet heel comfortabel uit… Een stukje verder staat een uitkijktoren, maar die was helaas niet toegankelijk toen wij er waren. De oude toren was in slechte staat en werd daarom afgebroken. Aan de nieuwe toren werd nog gewerkt, maar hij was wel bijna af (en misschien inmiddels wel open?). De toren heeft twee uitkijkplateaus; de eerste is ook toegankelijk met een rolstoel.
Droge voeten dankzij knuppelbruggen
Vlak na de uitkijktoren kom je de eerste ‘knuppelbrug’ tegen. De knuppelbruggen in het natuurgebied werden aangelegd om met droge voeten de zompige moerassen over te steken. Een knuppelbrug lijkt op een vlonderpad, maar is gemaakt van boomstammetjes waardoor het pad minder egaal is. En daardoor bijvoorbeeld minder geschikt voor naaldhakken. 😜 Een van de knuppelbruggen op de rode (en blauwe) route is nu afgesloten, omdat deze in slechte staat was. In plaats van deze brug wordt er nu een kade gebouwd. Vanwege deze werkzaamheden is er een omleiding aangegeven. De route wijkt dus tijdelijk een beetje af van de oorspronkelijke route, waardoor de wandeling iets korter is.
Bijzondere dieren en planten
Naast de al genoemde moeras- en watervogels, kun je ook andere dieren tegenkomen als je gaat wandelen in De Groote Peel: reeën, wilde zwijnen, woelratten, verschillende hagedissensoorten, slangen (de gladde slang) en heikikkers. En in de zomer zie je er veel insecten zoals vlinders, sprinkhanen en libellen. In het veengebied komen ook bijzondere plantensoorten voor, die kunnen overleven op de voedselarme veenbodem, zoals lavendelhei, veenpluis en veenmos.
Toen we weer terug waren bij het Buitencentrum haalden we een warme chocomel en een stuk Limburgse vlaai, om buiten aan een picknicktafel op te eten. Lekker! En een speciaal bedankje voor degene die de mooie luchten van die dag had geregeld. Much appreciated!
Wandelen in De Groote Peel praktisch
– Adres Buitencentrum De Pelen: Moostdijk 15, 6035 RB Ospel.
– Vanaf Buitencentrum De Pelen starten drie routes: geel (2 km), rood (3 km) en blauw (6 km).
– De gele route is verhard en daardoor ook geschikt voor kinderwagens en rolstoelen.
– Ga je wandelen met kleine kinderen? Dan is het Kabouterpad leuk om te doen.
– In het broedseizoen, van 15 maart tot 15 juli, en tijdens de vogeltrek van 15 oktober tot 30 november is Nationaal Park De Groote Peel gedeeltelijk voor publiek gesloten. De genoemde wandelroutes blijven echter wel toegankelijk. Kijk op de website van Staatsbosbeheer voor meer informatie.
Tip: Op iets meer dan een uur rijden van Nationaal Park De Groote Peel kun je ook heel mooi wandelen, bij de Oisterwijkse Vennen in Noord-Brabant.
Misschien ook leuk om te lezen:
– Wandelen bij de Posbank in Nationaal Park Veluwezoom
– Herten spotten in de Amsterdamse Waterleidingduinen