Tijdens onze rondreis door het noorden van Spanje doorkruisten we ook de autonome regio Baskenland. Een van de niet te missen steden in Spaans Baskenland is San Sebastián, of Donostia in het Baskisch. San Sebastián ligt niet ver van de grens met Frankrijk, aan de prachtige baai La Concha, met mooie stranden en een boulevard. De stad heeft ook een mooi oud centrum en staat bekend om de heerlijke pintxos die je er overal kan eten. Dus: genoeg te doen in San Sebastián! In drie dagen verkenden wij de stad vanaf een camping net buiten San Sebastián.
De stranden: Playa de la Concha en Playa de Ondaretta
San Sebastián ligt aan de halfronde (schelpvormige) baai La Concha in de Golf van Biskaje. Aan de westkant van de baai, grenzend aan Monte Igueldo, ligt Playa de Ondaretta. Het strand wordt onderbroken door een rotspartij, en gaat dan over in het 1350 meter lange Playa de la Concha. Dit zandstrand loopt door tot het oude centrum.
Playa de Ondaretta
Midden in de baai ligt het kleine eiland Santa Clara. In de zomermaanden kun je vanuit de haven met een boot (de Red Line) in ca. 10 minuten naar het eiland varen, of je kan ernaartoe met een kajak. En als je een beetje uithoudingsvermogen hebt, kun je er vanaf Playa de Ondaretta ook naartoe zwemmen. De afstand is ongeveer 500 meter. Op het eiland staat een vuurtoren, er zijn picknicktafels, een bar met terras en bij eb is er een strandje.
Het eilandje Santa Clara
Er is nog een derde strand aan de oostkant van de stad: Playa de Zurriola. Anders dan de andere twee ligt dit strand direct aan open zee, en niet aan een beschutte baai. Hierdoor is dit strand erg geliefd bij surfers; het wordt dan ook wel Surfers Beach genoemd.
Playa de Zurriola
Kunstwerk El Peine del Viento
Aan de uiterste westkant van de baai, aan de voet van de berg Monte Igueldo, staat de beeldengroep El Peine del Viento – de ‘Windkam’ – van de Baskische beeldhouwer Eduardo Chillida en de architect Luis Peña Ganchegui. Het kunstwerk uit 1976 bestaat uit drie stalen sculpturen, die zijn vastgemaakt aan de rotsen op de plek waar de stad eindigt en de zee begint.
Als het hard waait, slaan de golven tussen de sculpturen door op de rotsen en de kade. Op een plein vlakbij de zee zijn een paar blowholes gemaakt, waar het water doorheen spuit als de golven krachtig genoeg zijn.
Het oude centrum, Parte Vieja
Parte Vieja is het historische centrum van San Sebastián. In de sfeervolle smalle straatjes vind je veel winkels, barretjes, restaurants en ijssalons – en ook bezienswaardigheden natuurlijk. Niet te missen is de barokke basiliek Santa Maria del Coro uit de 18e eeuw, die een beetje verscholen ligt in de wirwar van straten. De gevel alleen al is het bekijken (en fotograferen) waard.
Doorkijkje naar Santa Maria del Coro
Een andere belangrijke plek in het oude centrum is Plaza de la Constitución. Op dit grote plein worden vaak grote feesten gehouden, zoals het stadsfeest de Tamborrada.
Plaza de la Constitución
Het plein is omgeven door bogengalerijen en de balkons rondom het plein zijn genummerd. Ze dienden vroeger namelijk als tribune tijdens de stierengevechten op het plein. Nu vind je veel gezellige terrassen op Plaza de la Constitución.
Catedral del Buen Pastor
De kathedraal van San Sebastián, Catedral del Buen Pastor staat niet in het historische centrum, maar in de wijk Ensanche de Amara. De kathedraal werd aan het eind van de 19e eeuw gebouwd van zandsteen, in neogotische stijl. De architecten lieten zich inspireren door de Dom van Keulen, en dat kun je ook wel zien aan de 75 meter hoge kerktoren.
De brug Maria Cristina, met op de achtergrond de kathedraal.
Fietstour door San Sebastián
Een van de leukste manieren om snel een indruk te krijgen van een onbekende stad, is met een fietstour. Ik heb dit ondertussen in verschillende steden gedaan en vind het echt een aanrader. Ook in San Sebastián deden we een fietstour, die we boekten via Baja Bikes en die werd uitgevoerd door San Sebastian Adventures. De Engelstalige gids Carlos begeleidde de tour, op e-bikes door de stad. Van het startpunt fietsten we eerst naar de kathedraal. Daarna fietsten we door de bijna twee kilometer lange Morlan’s Tunnel, een voormalige spoortunnel die nu dienst doet als fietstunnel en twee wijken van de stad met elkaar verbindt.
We reden naar Playa de Ondarette en het al eerder genoemde kunstwerk El Peine del Viento. Vervolgens ging de tour langs de stranden en de boulevard richting Surfer’s Beach. Vanaf daar fietsten we het oude centrum weer in.
De fietstour duurde ongeveer 2,5 uur en begon om 10:30 uur. Voor wie wil zijn er fietshelmen beschikbaar. San Sebastian Adventures organiseert ook wandel- en food tours.
Adres San Sebastian Adventures: Reyes Catolicos Kalea, 14
Haventje en aquarium
Aan de voet van de heuvel Urgull, vlakbij Parte Vieja, ligt de kleine haven van San Sebastián. Er is een deel voor de pleziervaart en een deel voor vissersboten. De boten naar het eiland Santa Clara vertrekken hier ook. Over de wandelpromenade Paseo Nuevo kun je een heel stuk rondom de Monte Urgull wandelen, langs de zee. Bij de haven liggen ook het scheepvaartmuseum (Museo Naval) en het Aquarium. Het zeeaquarium bestaat al sinds 1928 en werd in 1998 en 2008 vernieuwd en uitgebreid met onder meer een 360º tunnel.
Monte Igueldo met pretpark
Aan de westkant van de baai La Concha ligt de berg Monte Igueldo. Met een kabelbaan, de Igeldo funicular, kun je naar de top, nog met de authentieke houten wagons uit 1912. We betaalden € 4,50 p.p. voor een retourtje. We waren er in het hoogseizoen en moesten helaas aansluiten in een lange rij. Maar het was het wachten waard.
Boven heb je een prachtig uitzicht over de La Concha-baai, het eilandje Santa Clara en de rest van San Sebastián (zie foto helemaal bovenaan). En er is niet alleen mooi uitzicht, er is ook een pretpark! Het attractiepark is al meer dan honderd jaar oud (1912), dus verwacht geen snelle achtbanen met spectaculaire loopings enzo. Nee, hier vind je een draaimolen, bootjes, een doolhof, ouderwetse botsautootjes en meer van dat.
Wij bezochten de Casa del Terror, een gedateerd spookhuis waar je doorheen wandelt. Totaal niet eng, maar vooral grappig, en alleen daarom al de moeite waard. 😉
We gingen ook in de houten achtbaan ‘Montaña Suiza’, zonder loopings maar wel met een paar snelle afdalingen. Het was bijna eng. En met mooi uitzicht, ik kon er zelfs een foto van maken tijdens de rit.
Maar het was dus best leuk, dat vonden onze kinderen ook. Het pretpark is heel betaalbaar, want je betaalt een paar euro per attractie. Je kan het dus zo duur maken als je zelf wilt. Op de top staat ook de Igueldo-toren, een voormalige vuurtoren. De gerestaureerde toren heeft nu een panoramaterras voor uitzicht over de stad. We deden een snelle lunch (tapas/pintxos) bij het restaurant op de top en namen daarna de funicular naar beneden. Wij waren er overdag, maar ’s avonds kun je er vast prachtige foto’s maken van de baai en de verlichte stad.
De stad van de pintxos
San Sebastián is beroemd om de pintxos! Overal in de stad kun je pintxos (of pinchos) eten bij een van de vele pintxo-barretjes. Pintxos zijn de Baskische variant van de bekende Spaanse tapas. Het zijn meestal kleine sneetjes stokbrood kunstig belegd met combinaties van vis, vlees, Iberico-ham, groente en lokale kaas, of met een kaas-, garnalen- of hamkroketje. Dit alles wordt bij elkaar gehouden door een prikker.
Het is gebruikelijk om maar één of een paar pintxos tegelijk te bestellen, met een drankje erbij. Je bekijkt en bestelt de pintxos bij de bar. Als je alles op hebt, ga je naar een andere pintxo-bar waar je hetzelfde doet. Maar wij bleven meestal zitten bij dezelfde bar en bestelden daar in een paar rondes meerdere pintxos. Kan ook. Wij aten de lekkerste pintxos bij Baztan Pinxtos & Bar. Andere goede pintxos-restaurants zijn Bar Bergara, Bar Sport en Bar Txepetxa. Om er maar een paar te noemen… er zijn er zoveel! Tip: het is ook leuk om een Food Tour met gids te doen, waarbij je pintxos en wijn proeft.
IJslolly’s bij Loco Polo
Een andere specialiteit van San Sebastián is cheesecake. Een van de lekkerste kun je eten bij Bar La Viña (31 de Agosto Kalea, 3). Als je van ijs houdt zit je ook goed, want aan ijssalons geen gebrek in deze stad. Van traditionele gelateria’s met schepijs tot ijswinkel Loco Polo (meerdere locaties) waar je ijslolly’s kan kopen in de meest uiteenlopende smaken, en met of zonder (choco)dip. En bij restaurant Antonio Boulevard (C. Mayor, 2) kun je een heerlijk wijntje drinken op het terras.
Gewoon nog even wat mooie gevels…
Overnachten in San Sebastián
Wij overnachtten niet in de stad, maar in een stacaravan op Camping Igara een paar kilometer verderop. Vanaf de camping reden we in tien minuten naar een grote gratis parkeerplaats aan de rand van de stad, en daarna pakten we de bus naar het centrum (ook ca. 10 minuten). Een paar keer per dag reed er ook een gratis shuttlebus van de camping naar de rand van het centrum, zodat je daar de bus kon pakken. Op de camping zelf was een zwembad en een restaurant. Voor wie liever in de stad zelf wil overnachten: er zijn meer dan genoeg hotels en appartementen in San Sebastián!
Misschien ook leuk om te lezen:
– De mooiste plekken in Navarra in Noord-Spanje
– 10x Doen in Barcelona met kinderen