Op doorreis naar Italië waren we in de zomervakantie drie dagen in Adelboden in Zwitserland. Dit toeristische plaatsje ligt in de regio Berner Oberland. In de zomer is het er druk met toeristen die komen wandelen en in de winter wordt het druk bezocht door wintersporters. Er zijn dan ook veel bergliften in de omgeving van Adelboden. Uiteraard gingen wij ook de bergen in, maar we bezochten ook een kloof net buiten Adelboden: de Cholerenschlucht. Een bijzondere wandeling met bruggen, veel trappen en watervallen.
Je kan vanuit Adelboden in een klein uurtje naar de kloof wandelen. Dit is een afstand van ongeveer 4 kilometer. Maar wij reden er met de auto in 10 minuten naartoe. Als je vanuit Adelboden naar de Cholerenschlucht rijdt, ligt de kloof aan de linkerkant van de weg. Dit is met bordjes aangegeven. We reden over een smalle weg naar een kleine parkeerplaats.
De Tschentbach-rivier onderaan de kloof
Naar het begin van de kloof
De start van de wandeling vonden we een beetje onduidelijk: bordjes vlakbij de parkeerplaats gaven aan dat je zowel naar links als naar rechts kon lopen. We hadden begrepen dat we de wandeling door de kloof het beste van beneden naar boven konden doen, maar moesten we dan naar links of naar rechts? We bleken naar rechts te moeten, een stukje over de weg en langs een boerderij, om daarna verder te wandelen over een smal paadje naar beneden. Hier stonden wel bordjes die de weg naar de kloof wezen. In de Tschentbach-rivier beneden was niet veel water, vanwege de aanhoudende droogte. We passeerden de Jungbrunnen, een mooi plekje om even af te koelen in het water, maar wij liepen door.
In de Cholerenschlucht
We bleven de bordjes volgen en moesten nu juist omhoog, naar het begin van de kloof. Die begint met een (licht wiebelende) hangbrug over de rivier. De Cholerenschlucht is ongeveer 100 meter lang. Je wandelt er doorheen over smalle bruggen en trappen, langs steile, door erosie uitgesleten rotswanden. Normaal gesproken wandel je er met kolkend water en kletterende watervallen onder je. Er waren nu ook wel watervallen en snelstromend water, maar ik kan me voorstellen dat het spectaculairder is in een minder droge periode. In mei of juni bijvoorbeeld.
Bukken!
Nadat we de hangbrug waren overgestoken, wandelden we meteen het smalste deel van de kloof in. Op het eerste stuk moet je direct bukken, vanwege laag overhangende rotsen. Vanaf de wandelbruggen en trappen heb je prachtig uitzicht in de kloof.
Dat rotsblok ingeklemd tussen de rotswanden…
Schaduwen en licht in de kloof
Je kunt de kloof het beste van beneden naar boven doen, omdat dat veiliger is vanwege de steile trappen en eventuele gladheid bij nat weer. Daarnaast wordt deze richting geadviseerd om de kans op tegenliggers te verkleinen. Het is op de meeste plekken nogal smal namelijk. Aan het eind van het smalle stuk ga je via een paar wenteltrappen omhoog en daarna wordt de koof weer breder.
Heel veel trappen
Eindpunt
Bij het eindpunt van de kloof, aangegeven met een ‘Auf Wiedersehen’-bordje, hangt een afgesloten kastje waarin je een donatie kunt achterlaten voor het onderhoud van de kloof. Als je dat wilt, want het is niet verplicht.
Had ik al verteld dat er veel trappen zijn in de kloof?
Uitzicht op de trappen en het eindpunt vanaf een hoger gelegen brug.
Over een geasfalteerde weg wandelden we vervolgens terug naar de parkeerplaats waar onze auto stond.
De Cholerenschlucht in Adelboden praktisch
– De kloof is geopend van mei t/m oktober.
– Parkeren: aan de Neuweg is een kleine parkeerplaats. Maar er schijnt ook een parkeerplaats te zijn langs de weg tussen Adelboden en Frutigen, aan de linkerkant als je vanuit Adelboden komt.
– De toegang is gratis, maar je kan een vrijwillige bijdrage doen bij het eindpunt van de wandeling, bovenaan.
– Trek voor de wandeling van beneden naar boven door de kloof ongeveer een uurtje uit.
– Vanwege de vele trappen is de kloof niet toegankelijk voor kinderwagens, rolstoelen of mensen die slecht ter been zijn.
Misschien ook leuk om te lezen:
– Wandelen en zwemmen bij de Oeschinensee in Zwitserland
– De Alplochschlucht en de Rappenlochschlucht in Vorarlberg, Oostenrijk