Als je naar Namibië gaat kun je er natuurlijk voor kiezen om te overnachten in hotels en lodges. Maar als je gaat kamperen in Namibië krijg je net iets meer mee van de natuur en de wildlife om je heen. Je leeft veel meer buiten en als je ’s nachts in je tentje ligt hoor je de dieren om je heen. En het is ook een stuk goedkoper. Wij reisden drie weken rond in een Toyota Hilux (4×4) met twee daktenten en dat was een geweldige ervaring die we niet hadden willen missen. En dat vindt ook mijn man, die eigenlijk niet van kamperen houdt.
Het opzetten van de tenten is heel eenvoudig en op de meeste campings zijn prachtige, ruime plekken. Plekken beschikken standaard over een vuurplaats waar je ’s avonds een vuurtje kunt stoken (je ruikt de hele vakantie naar houtvuur!) en soms staat er ook een (vaste) tafel. Bij sommige plekken hadden we zelfs ons eigen sanitair! Ik was van plan om alleen onze top 5 van campings te delen in een blog, maar nu ik toch bezig ben heb ik besloten om ze gewoon maar allemaal te noemen. Met onze persoonlijke rating in sterren erbij. Kleine waarschuwing: dit is een lange blog, maar wel met veel foto’s. (Plaatjes kijken is altijd leuk, toch?) En een handig kaartje waarop al onze campings in Namibië staan aangegeven.
Kamperen in Namibië: de campsites
Na een eerste overnachting in een guesthouse in Windhoek haalden we de volgende ochtend onze 4×4 op. De auto hadden we geboekt via Selfdrive4x4.com en was van Asco Car Hire. De service van Asco was top. We werden opgehaald van het vliegveld, naar ons guesthouse gebracht, en de dag erna weer opgehaald om de huurauto op te halen. Ook als we belden met een vraag (we hadden bijvoorbeeld een keer een richtingaanwijzer die niet meer werkte) werden we erg goed geholpen. We moesten bij Asco wat formulieren tekenen, een video bekijken over de grootste risico’s onderweg (zoals te hard rijden op een gravel road) en kregen een uitgebreide uitleg over de auto en de daktenten. En toen konden we eindelijk vertrekken! Onze eerste stop was een grote supermarkt, waar we inkopen deden voor de eerste dagen. Omdat dit allemaal even tijd kost, leek het ons verstandig om die dag niet al te ver te rijden.
1. Lake Oanob Resort, Rehoboth
De eerste dag reden we in anderhalf uur van Windhoek naar Lake Oanob Resort bij Rehoboth. Op dit resort kun je ook overnachten in een lodge, en er is een restaurant met zwembad. We kregen een mooie plek met een eigen toiletgebouwtje en uitzicht op het stuwmeer en de dam. We zagen allerlei watervogels, waaronder pelikanen en ’s nachts werden we wakker van dieren die over de campsite liepen, vlakbij onze auto. Spannend! Het was een onrustige nacht, omdat we nog moesten wennen aan de tenten, de dunne matrassen en de geluiden. Deze camping is een prima plek om te beginnen, en even rustig uit te vinden hoe alles werkt qua auto en tenten. Maar het was zeker niet de mooiste plek van onze reis.
Ons oordeel: 2 sterren
2. Tsauchab River Camp
Vanaf de doorgaande weg (een gravel road) moesten we nog 35 kilometer rijden over een niet al te fijne onverharde weg om bij Tscauchab River Camp te komen. Dit is een lodge in de middle of nowhere bij de (droge) Tsauchab-rivier, met daarbij wat campingplaatsen. Langs de oprit en bij de lodge staan overal leuke kunstwerken van ijzer, een hobby van de eigenaars.
Toen we de auto uitstapten, werden we welkom geheten door een tam springbokje. We hadden een campsite vlakbij de lodge verwacht, maar we moesten aan de overkant van de weg zijn en een hobbelig pad volgen tot we bij onze campingplek waren. Een prachtige ruime plek, met een afdak en een eigen toiletgebouwtje half in een boom gebouwd. Vanaf de plek was de lodge niet te zien, en we waren de enigen op de campsite. Er was alleen maar natuur om ons heen, zo gaaf! Voor de zonsondergang liepen we vanaf onze plek een smal paadje omhoog, dat aangegeven stond met een bordje ‘Sundowner’.
Toen het begon te schemeren kwam er iemand van de lodge naar ons toe fietsen, om een paar olielampjes aan te steken. Verder hebben we niemand gezien. Wat een rust, maar ook: wat een geluiden om ons heen. Heel bijzonder! Helaas bleven we er maar één nacht.
Ons oordeel: 5 sterren
3. Sesriem Camping
Bij Sesriem stonden we op de enige camping binnen de hekken van het Namib-Naukluft Park, zodat we op tijd bij Dune 45 konden zijn voor de zonsopgang. Vanwege de goede locatie is het altijd druk op deze camping en je moet deze echt ruim van tevoren reserveren. Deze camping wordt ook vaak bezocht door groepsreizen. Vlak bij ons kwam zo’n groep staan: een grote truck met allemaal koepeltentjes. Bij de camping is een winkeltje, een bar, een restaurant en er is een klein zwembad. En er is ook heel veel zand. 😉
Vanaf Tsauchab was het niet ver rijden naar deze camping, dus we waren er al vroeg. Onze kinderen konden lekker de hele middag zwemmen en ’s avonds hebben we heerlijk relaxt in het restaurant gegeten. Zo rustig als het ’s avonds op de camping in Tsauchab was, zo rumoerig was het in Sesriem. Ook in het toiletgebouwtje was het druk, en dat maar één van de drie toiletten goed werkte hielp natuurlijk niet.
Ons oordeel: 4 sterren
4. Solitaire Desert Farm
Na een mooie dag in het Namib-Naukluft Park reden we ’s middags naar Solitaire. Na een tussenstop bij de benzinepomp en het bijbehorende café, beide bekend uit het boek van Ton van der Lee, arriveerden we bij het vlakbij gelegen Solitaire Desert Farm. Een mooie lodge, met zwembad, in een prachtige omgeving. Niet ver van de lodge liggen drie ruime campsites, gedeeltelijk omheind en elk met een eigen toiletgebouwtje. We hoopten die avond wild te spotten, maar op wat tamme grondeekhoorntjes en parelhoentjes na, hebben we niets gezien.
Dit was een van de mooiste campsites die we tijdens onze rondreis zijn tegengekomen, misschien zelfs wel de mooiste. We vonden het achteraf jammer dat we hier maar een nachtje hadden gereserveerd.
Ons oordeel: 5+ sterren
5. Alte Brücke Resort in Swakopmund
Na een enerverende route vanuit Solitaire (gevaarlijke wegen) reden we, via Walvis Bay, naar Swakopmund aan de kust. ‘Resort’ zegt het al een beetje: Alte Brücke Resort is een grote camping, met meer dan 30 kampeerplekken. Daarnaast worden er ook bungalows verhuurd en is er een groot restaurant. Alle kampeerplekken waren op gras (zeldzaam in Namibië!), langs betegelde straatjes en elke plek heeft elektriciteit, een vuurplaats en een eigen toiletgebouwtje met een toilet, wastafel en fijne douche. En er was overal Wifi! De camping ligt op loopafstand van het centrum van Swakopmund. Maar het was toch even omschakelen, zo’n stadscamping na onze dagen midden in de natuur…
Ons oordeel: 3 sterren
6. Brandberg White Lady Lodge
De weg naar de camping bij Brandberg White Lady Lodge was prachtig, door een bergachtig landschap. De camping ligt een stukje van de lodge vandaan en is best groot. Maar daar merk je weinig van, omdat alle kampeerplekken heel ruim zijn. We hadden alleen een beetje last van keuzestress toen we zelf een mooie plek mochten uitzoeken. Na een rondje over de camping kozen we een plek… om tien minuten later een andere plek te kiezen die net iets beschutter was (het waaide een beetje). Bij de kampeerplekken is geen elektriciteit, maar je kunt telefoons, camera’s etc opladen bij de lodge. Stekkerdozen genoeg daar! De lodge, met een goed restaurant en twee leuke zwembadjes, ligt op loopafstand van de camping.

Eendjes in het zwembad

Een restaurant met een mooi portret van een stokstaart aan de muur scoort punten bij mij!
We mochten alleen bij daglicht zelf naar de lodge komen wandelen. ’s Avonds was dat niet verantwoord, omdat er een paar weken daarvoor leeuwen waren gezien in de omgeving. Wij hebben één avond bij de lodge gegeten. Er was een vast menu, het eten was goed en er trad een zanggroepje op. Na het eten werden we met een auto teruggebracht naar onze plek op de camping. Prima service! De lodge organiseert allerlei excursies. Wij deden een tocht met een soort buggy’s en wandelden bij de Brandberg naar de rotstekeningen van de White Lady. Lees er alles over in mijn blog over Brandberg!
Ons oordeel: 5 sterren
7. Bambatsi Guest Farm

Uitzicht op de waterplaats
Volgens de website zou je op deze camping – van Duitse eigenaars – traditionele Gemütlichkeit vinden. Maar de Gemütlichkeit was ver te zoeken. Eigenlijk begon het al met de mailwisseling voorafgaand aan de reservering, die was ook nogal kortaf. Toen we vanaf de doorgaande weg tussen Khorixas en Outjo de afslag naar Bambatsi Guest Farm namen, waren we nog enthousiast. Een zandweg door de wildernis met bordjes die ons waarschuwden voor overstekende giraffen. Eenmaal bij de hoger gelegen guest farm aangekomen (fantastisch uitzicht!), werden we welkom geheten (nou ja, sort of…) door gastvrouw Inge. Eigenlijk hadden we wel zin in een nachtje in een normaal bed, dus we vroegen of er misschien een bungalow vrij was. Het antwoord was op nogal botte toon: “Nee we zijn vol. En we verzorgen hier geen lunch en jullie kunnen hier vanavond ook niet eten”. We mochten zwemmen in het zwembad en konden naar de camping, maar het was duidelijk dat we er verder niet gewenst waren. Of zo voelde het. De kinderen gingen zwemmen, onze zoon werd gestoken door een wesp, en we speurden de omgeving af met verrekijkers op zoek naar wild. We zagen apen en wrattenzwijntjes bij de waterplaats en een giraffe verderop tussen de bomen. Er kwamen wat meer mensen bij het zwembad zitten, allemaal Duits, en Inge kletste gezellig met iedereen… behalve met ons.
Wij besloten dat het tijd werd om onze campsite op te zoeken, 500 meter verderop. We kozen de beste van de drie beschikbare plekken en bekeken het sanitair. Voor zowel de gemeenschappelijke douche als het toilet was niet gekozen voor een deur, maar voor een gordijntje van doorkijkgaas. We konden de grap er wel van inzien, want gelukkig waren we de enigen op de camping, maar serieus… een gordijntje van gaas? Wie bedenkt zoiets?! We probeerden er verder maar het beste van te maken, kookten ons eigen maaltje en genoten van het mooie uitzicht, maar een goed gevoel hadden we er niet echt bij. De volgende ochtend zijn we heel vroeg vertrokken…
Ons oordeel: 1 ster (voor het mooie uitzicht)
8. Etosha Safari Camp

Een huiselijk tafereeltje, compleet met kat en een kokende hubby.
Vanaf Bambatsi reden we via Outjo (even boodschappen doen) naar Etosha Safari Camp. Deze groene camping (want gras!) ligt 9 kilometer voor Anderson’s Gate, een van de toegangspoorten naar Etosha National Park. De camping heeft ruime plekken en het sanitair is superschoon. Er is een zwembad, een vrolijk ingericht restaurant (niet goedkoop) en een gezellige bar waar ’s avonds live muziek is. Heel rustig is het er dus niet, maar het sfeertje is wel prettig relaxt.
We waren hier twee nachten en gingen twee keer mee op een georganiseerde game drive. Dan konden we onze auto met tenten gewoon lekker laten staan. De eerste nacht werd ik wakker van het luid van een leeuw, niet ver van de camping. Een goed moment om me af te vragen of er eigenlijk een hek om de camping stond… Ik heb daarna niet veel meer geslapen, maar gelukkig klonk de leeuw steeds verder weg.

Een Damara dik-dik op de camping
Verder kregen we regelmatig katten op bezoek, er liep een dik-dik over de camping en ’s avonds bij het kampvuur kwam er een keer een stekelvarken langs. Gezellig! Een leuke camping, en een heel goed alternatief voor als de campings in Etosha NP zijn volgeboekt.
Ons oordeel: 4,5 sterren
9. Halali Camp in Etosha National Park
Halali Camp is een van de populaire campsites midden in Etosha National Park. Dit zijn natuurlijk de beste campings als je wild wilt gaan spotten. We stonden twee nachten op Halali en mochten zelf een plek uitzoeken. Elke plek heeft een eigen tafel met krukjes (van steen), een vuurplaats en elektriciteit. Het is een drukke camping die vaak volgeboekt is, met een restaurant, zwembad en bungalows. Het restaurant is prima, vlees en vis worden voor je neus gegrilld en er is een uitgebreid buffet, met ook heerlijke toetjes (= belangrijk). Er lopen veel eekhoorntjes rond die, als je niet oplet, het eten van je bord stelen.
Het sanitair was oké, er waren wat kapotte stortbakken en kranen, maar alles was wel redelijk schoon. Nadeel van zo’n drukke camping is dat het er ’s avonds lang rumoerig kan zijn. De eerste avond stond er een grote groep vlak naast ons, die het tot half een ’s nachts heel gezellig hadden. Leuk voor ze, maar wij moesten er de volgende ochtend vroeg uit voor een game drive… Het leukste van de hele camping is de verlichte waterplaats, vanaf waar je wild kunt spotten.

Bij de waterplaats van Halali
Wij zijn er een paar keer naar toe gelopen, zowel ’s avonds als overdag. We zagen er vooral zebra’s, impala’s en koedoes, en ’s avonds ook een paar hyena’s en een neushoorn. Vanaf Halali zijn we twee keer met een georganiseerde game drive mee geweest.
Ons oordeel: 3,5 sterren
10. Kupferquelle Resort, Tsumeb
Het Kupferquelle Resort was een camping voor een noodzakelijke tussenovernachting. De afstand van Halali in Etosha National Park naar het Waterberg Plateau leek ons te groot. Het is van Halali naar de uitgang van het park ongeveer 75 kilometer rijden, je rijdt natuurlijk niet hard en neemt af en toe nog eens een zijweg. We wilden namelijk wel de tijd nemen voor onze laatste game drive in het park. En die tijd hadden we ook echt nodig, want we zagen op dit laatste ritje door het park eindelijk een leeuw! Daar hebben we een hele tijd naar staan kijken. Pas aan het eind van de middag arriveerden we in voormalig mijnstadje Tsumeb. De camping is mooi groen (gras!) en van alle gemakken voorzien (elektriciteit bijvoorbeeld), er is een groot zwembad van olympische afmetingen (zo werd ons trots verteld bij de receptie), een grillrestaurant en het sanitair is super-de-luxe. We hadden geen eigen sanitair, maar het gedeelde toiletgebouw bestond uit ruime, hypermoderne badkamers met een toilet, wastafel en superstrakke inloopdouche. We hadden zelf willen koken die avond, maar het waaide zo hard dat we maar in het restaurant – DROS Steakhouse – zijn gaan eten. Bij het restaurant was een speelkamer voor kinderen, met onder meer een Playstation. En er was een meisje van het personeel dat de kinderen moest entertainen, maar toen wij onze kinderen kwamen halen omdat het eten er was, lag het meisje met haar hoofd op tafel te slapen. Trusten! 😊 Kupferquelle Resort is een prima camping voor een nachtje, maar dat is het dan ook.
Ons oordeel: 3 sterren
11. Waterberg Wilderness Campsite
We eindigden onze kampeertrip met een camping midden in de natuur: de Waterberg Wilderness Camping op het Waterberg Plateau. Nog één laatste dag en nacht genieten van het prachtige Namibische landschap en de dierengeluiden om ons heen. We kregen een mooi plekje toegewezen, en we hadden een eigen toilet en douche in een gebouwtje verderop. Het gebouwtje was verdeeld in vier badkamers voor vier plekken; elke plek had z’n eigen ingang in het huisje. Er waren een paar kleine zwembadjes verspreid over de camping. De Waterberg Wilderness-lodge met een restaurant lag een stukje verderop. ’s Middags deden we een georganiseerde rhino drive, en zagen we vier neushoorns van heel dichtbij. Zo gaaf! Er zijn ook mooie wandelroutes vanaf de campsite, maar daar hadden we te weinig tijd voor.

De keuken
‘s Avonds stookten we ons laatste hout op, en roosterden we de laatste marshmallows aan onze stokken. In de struiken vlakbij onze plek scharrelde ondertussen een honingdas rond. Deze camping was een hele mooie plek om onze rondreis af te sluiten. Ik zou hier een volgende keer zeker terugkomen, maar dan voor twee of drie nachten.
Ons oordeel: 4,5 sterren
Vanaf Waterberg reden we terug naar Windhoek, waar we onze 4×4 inleverden en nog twee nachten in het heerlijk relaxte Hilltop Guest House sliepen. Ik heb nog nooit ergens zo’n uitgebreid ontbijt gegeten, alles vers gemaakt. Hoe gaaf het kamperen in de daktenten ook was, na tweeënhalve week was het heerlijk om weer in een ECHT bed te slapen!
Wel of niet van tevoren reserveren?
Voor de meeste campings in Namibië is het niet nodig om van tevoren een plek te reserveren, zelfs niet in het hoogseizoen. Wij hadden het echter wel gedaan, omdat we met kinderen reisden en niet het risico wilden lopen dat we na een lange reisdag op een volle camping terecht zouden komen. De campings liggen in Namibië nu eenmaal niet voor het oprapen en de afstanden zijn vaak groot. Campings die je wel ALTIJD ruim van tevoren moet boeken zijn de Sesriem Campsite (de enige binnen het hek, zodat je op tijd kunt zijn voor de zonsopkomst vanaf Dune 45) en de campsites binnen de hekken van Etosha, zoals Olifantsrus, Okaukuejo, Halali en Namutoni. En als ik zeg ‘ruim van tevoren’, dan bedoel ik minstens een halfjaar van tevoren. De twee nachten op campsite Halali in Etosha boekte ik al in november, voor onze reis in augustus. Toen ik in januari probeerde nog een nachtje op een van de andere campsites te boeken, was dat al niet meer mogelijk. De campsites van Sesriem en Etosha kun je boeken via de website van Namibia Wildlife Resorts.
Kamperen in Namibië praktisch:
Houd rekening met temperatuurverschillen
Als je in onze zomervakantie naar Namibië gaat (dus juli/augustus), dan is het daar winter. En hoewel het overdag vaak prachtig weer is – tijdens onze vakantie was het gemiddeld tussen de 22 en 30 graden – koelt het ’s nachts enorm af. Zo’n graad of 20 om precies te zijn, zodat het soms zelfs rond het vriespunt was. Houd daar dus rekening mee. Wij sliepen in truien en joggingbroeken, en met warme sokken aan. Daarnaast hadden we van thuis twee warme plaids meegenomen (1 per tent).
Sanitair op de campsites
Op sommige campings heb je bij je plek een eigen toiletgebouwtje met toilet, wasbak en douche. Luxe! Op andere, drukkere campsites staan toiletgebouwen verspreid over de camping. Deze deel je met andere campinggasten, en het kan dus voorkomen dat je moet wachten als je wilt douchen of naar de wc wilt. Zeker als er maar 3 toiletten zijn, waarvan maar 1 met een werkende stortbak. 😊 Maar voor alle campings die wij bezocht hebben gold: het sanitair was er heel schoon.

De toiletten varieerden van basic met weinig privacy en sanitair in de open lucht tot hypermodern. Er was zelfs een wc met het Nieuwe Testament op een krukje ernaast. Tijd voor een religieuze boodschap tijdens de grote boodschap… of zoiets.
Kraanwater is bijna overal drinkbaar
In Namibië kun je op de meeste plekken het kraanwater gewoon drinken. Mocht je er toch je twijfels over hebben of vind je de smaak van het water niet lekker, dan kun je natuurlijk mineraalwater kopen. Wij kochten dan een grote 5 liter fles waarmee we onze Doppers vulden. Je kunt kraanwater eventueel ook ontsmetten met bijvoorbeeld een SteriPen.
Zwembaden op de campings
De meeste campings die wij bezochten hadden een zwembad. Het water in deze zwembaden is niet verwarmd, en dat betekent dat ze in de Namibische winter (dus onze zomervakantie) nogal fris zijn. Gelukkig zijn onze kinderen bikkels en heeft het koude water ze er niet van weerhouden om regelmatig een duik te nemen.
Altijd hout bij je hebben
Elke campsite beschikt over een afgebakende vuurplaats. En dat is niet voor niets: je stookt niet alleen voor de warmte, een vuurtje houdt ook wilde dieren op afstand. Wij hebben ‘s avonds geen gevaarlijke wilde dieren gezien bij onze kampeerplek, alleen een keer een stekelvarken en een honingdas. Maar stel je voor dat er wel een roofdier in de buurt is… En daarnaast: fikkie stoken is ook gewoon leuk! Wij roosterden bijna elke avond marshmallows, aan een paar takken.
Zeker meenemen als je gaat kamperen in Namibië
Als je in Namibië een auto met daktenten huurt is een basis campinguitrusting inbegrepen. Denk aan matrassen, kussens en dekbedden, maar ook een koelkast, een tafel met stoeltjes, keukengerei en gasflessen om op te koken. Handig (of zelfs onmisbaar) om zelf mee te nemen: zaklampen en hoofdlampen, een zakmes, duct tape (hebben wij gebruikt toen een zijspiegel van de auto was los getrild op een gravel road), touw (op dag 2 van onze campingtrip begaf een van de ritsen om de tent bij elkaar te houden het, de rest van de reis hielden we onderweg de tent met touw bij elkaar). Wat wij ook erg handig vonden waren de twee campinglampjes die we bij de Xenos hadden gekocht, die konden we ophangen in de nok van de daktent. En sneldrogende microfiber handdoeken zijn ook heel praktisch.
En, lijkt het je ook wel wat om te kamperen in Namibië?
Lees ook mijn andere blogs over Namibië!
12 reacties
Hey! Bedankt voor alle tips. Wij gaan in april met onze 2 kids!
Ik vroeg me af hoe jullie kids het uren en uren in de auto zitten hebben ervaart. Met welke dingen hielden ze zich bezig?
Wat leuk dat jullie ook naar Namibië gaan. Het is zo’n gaaf land! Hoe oud zijn jullie kinderen? Die van ons (12 en 8) deden samen spelletjes, luisterden naar muziek en lazen een (strip)boek. En ik had voor onze jongste bingokaarten gemaakt met foto’s van dieren, voor tijdens het wild spotten in o.a. Etosha. Verder hebben we ervoor gezorgd dat we (op een paar dagen na) geen al te lange afstanden reden. Als je meer vragen hebt, weet je me te vinden! 🙂
En óf het me wat lijkt! GE-WEL-DIG! Heerlijk en ja ik ben ook geen camping mens, maar dit is toch echt ook anders. Ik zie ons al gaan hoor. Dank voor de inspiratie Annemarie!
Graag gedaan. 🙂 Het is echt een aanrader Gaby, dus zet maar op je wishlist!
Jeetje, alweer zo’n heerlijk blog! En super informatief voor iedereen die naar Namibië wil. Mooie campings hoor. En fijn ook dat ze (bijna) overal een restaurant en een zwembad hadden. Da’s minder avontuurlijk misschien, maar (zeker met kinderen) wel zo prettig
De meeste campings waren echt heel mooi. We hebben vaak op campsites bij een lodge gestaan, en daar is dan het zwembad. De camping zelf (vaak maar een paar plekken) ligt meestal wat verder weg, zodat je toch midden in de natuur kampeert. En wil je zwemmen, dan moet je dus eerst naar de lodge wandelen. Vanwege de kinderen heb ik bewust veel campsites met zwembad uitgezocht, daar worden ze blij van. 🙂
Wat een prachtige post Annemarie. En die plekjes! Ik had me niet gerealiseerd dat jullie op zoveel verschillende plekken gezeten hebben. Prachtige uitgebreide post. Al moest ik wel even gniffelen om Inge en haar gemütlichkeit. Eigenlijk lijkt er altijd wel 1 zo’n acco tussen te moeten zitten… Gr!
Dank je! We hebben echt op fantastische plekken gekampeerd. En tja, Inge, achteraf lach je om zo’n ervaring. Dat toilet daar zal ik in elk geval nooit vergeten, met dat gordijntje van gaas… 😀
Gaaaf! Wat een leuke informatie. Dank voor het delen, groetjes Liz
Graag gedaan! 🙂
Wat een fantastisch mooi land wat heb je ons laten genieten van de foto’s en de verhalen. Vond het zeker niet te lang. In een woord Prachtig.
Leuk om te horen! 🙂 Namibië is inderdaad supermooi.